De roerende woon- en bedrijfsruimtenbelasting (RZB) wordt geheven van de eigenaar van een roerende woonruimte en van de eigenaar en de gebruiker/huurder van onroerende bedrijfsruimten.
Voorbeelden van roerende woonruimten:
- woonschepen
- woonwagens
Hoogte van de RZB
De gemeente bepaalt de hoogte van de RZB naar de situatie op 1 januari. Dit doet zij aan de hand van de WOZ-waarde van uw roerende zaak en de vastgestelde tarieven.
Tarieven 2023
De tarieven voor de RZB zijn vastgesteld als een percentage van de vastgestelde waarde. Er zijn verschillende tarieven en deze zijn als volgt vastgesteld:
- eigenaren woningen, 0,10427%
- eigenaren niet-woningen, 0,32354%
- gebruikers niet-woningen, 0,22713%
Rekenvoorbeeld:
Voor een woning met een getaxeerde waarde van € 252.000 betaalt de eigenaar: 0,10427% van € 252.000 = € 262,76.
Peildatum bij verkoop of overlijden
De peildatum van de aanslag RZB is 1 januari 2023. Een verkoop in de loop van 2023 leidt daarom niet tot een (gedeeltelijke) vermindering van de aanslag. Bij verkoop wordt door de notaris een evenredig gedeelte van het aanslagbedrag RZB-eigenaren met de koper verrekend. Dit is te controleren op de afrekening van de notaris. Koopt u in de loop van 2023 binnen de gemeente een roerende woon- of bedrijfsruimte dan ontvangt u geen (gedeeltelijke) aanslag. Ook een overlijden op of na 1 januari 2023 leidt niet tot een vermindering.
Bezwaar
Bent u het niet eens met de aanslag? Dan kunt u hiertegen bezwaar maken.